Waarom doorrekening van verkiezingsprogramma’s net nu wel nodig is

een (licht ingekorte) versie hiervan verscheen als Opiniestuk in De Standaard van 19 december 2023 met als titel: “Meer informatie is altijd beter dan minder informatie"
ABSTRACT

In zijn column van dinsdag 12 december (2023) in De Standaard laat collega Ive Marx ons delen in zijn twijfel of de doorrekening van verkiezingsprogramma’s wel de moeite loont. Die doorrekening is in België sinds 2014 wettelijk verplicht voor de federale verkiezingen. Ze gebeurt door het Federaal Planbureau (FPB), hét instituut dat geldt als referentiepunt voor alles wat in België met economische modellering te maken heeft, zoals het opstellen van de ramingen die gebruikt worden bij de begrotingsopmaak. De eerste doorrekening gebeurde in 2019. Ook voor de verkiezingen van juni 2024 komt er een doorrekening.

De kritiek van Marx is dubbel. Ten eerste is zijn twijfel eerder een wanhoopskreet. Immers, die doorrekening van verkiezingsprogramma’s heeft nergens zo een lange traditie als in Nederland, en ze gebeurt er heel kwaliteitsvol. Maar aangezien “zo’n Geert Wilders [...] een kwart van de kiezers achter zich kan krijgen” vraagt Marx zich af of die doorrekeningen “ook maar enige impact [hebben] op de uitkomst van de verkiezingen in dit tijdperk van post-inhoud-politiek?”. Ten tweede stelt Marx de waarde van de gebruikte economische modellen in vraag omdat ze “schijnzekerheid” produceren. Ik ben het met beide argumenten oneens.